Niet sterk genoeg

Baziel komt bij de dokter en zegt “Ge weet wel da flesje met versterkingspillen, dajje gisteren vorenschreef?” “Jawel” antwoordt de dokter. “Wel” zegt Baziel “’k Kriegen’t an gin kanten open”.

Bezet

Op wandel passeert Hector bij Baziel z’n huis en ziet hoe hij bezig is met hoopjes grond op z’n gazon te leggen. “Wa sie je an’t doen?” vraagt Hector. “Molshopen leggen, tiens” replikeert Baziel. “Ost er een vrimde mol op soek is nor een nieuwe plekke, ton peist ie direct dat er ier al een mol zit”.

Op reis

Baziel komt bij het infoloket van de Carrefour en vraagt: “Kun’k ik ier een reize boeken?” “Jawel” antwoordt de baliebediende “ons reisbureau is op de volgende etage. Wilt u met de lift?” “Beh nink” replikeert Baziel “met fliegtuug!!”

Super IQ

Een inspecteur van de VDAB vraagt aan Baziel “Wat is uw IQ ?” “Prima” replikeert Baziel “’k Enn nog noois een bril nodig g’had”.

Goeie tip

Hector zit in geldproblemen en zet zich zuchtend naast Baziel aan de toog. “Iederen uchtend moaken’k een schietgebedje noh den emel voe de lotto te winn. Moh dad elpt nie wih!” klaagt Hector. “Moh” replikeert Baziel “zoe je nie beter eerst e lotje koopn?”

Verjaardag

Baziel staat voor de rechter en die vraagt: “Wat is uw geboortedatum?” “De 15sten juli, edelverachtbaren” antwoordt Baziel. “Welk jaar?” vraagt de rechter. “Jah” zegt Baziel verbaasd “ieder joar tiens!”

Alternatieve methode

Baziel zit zwaar in de drank en drinkt de ene Duvel na de andere. Hector zegt tegen hem “Ee joe dokteur nie gezeid dajje in 4 weken niks mocht drienken voe te kieken of dat ton beter zoe goan mejje gezoendheid?” “Joaj” antwoordt Baziel “Moh ik drienken nu dubbel zoe vele, voe te kieken of da me gezoendheid verslichterd”.

Soorten koeien

Baziel en Hector zijn op wandel in de polder. Bij een weide aangekomen zegt Hector “Kiek noh da verschil. Die zwarte koeie zukke groten uier. En die roste koeie den elft klinder.” “Da’s simpel” replikeert Baziel “’t Iz omda tie roste koeie mor aalf vulle melk gift”.

Verhinderd

De dokter zegt tegen Baziel “Wel, ’t is zeer lang geleden dat je nog op consultatie geweest bent”. “Joat” beaamt Baziel “’k Kosten nie kommn meneer dokteur, van ‘k en toch zoe ziek gewist!”

De helft is ruim voldoende

“Ejje d’er al ip gelet” zegt Hector tegen Baziel “da joen Flavie den elft van eur woorden inslikt osse zie kwoad is ip joen?” “Joan’k” replikeert Baziel. “Moh da giv nie. D’er bluven d’er zeker nog genoeg over”.

Wettelijk beletsel

Toen Baziel weer een gat in de nacht thuis kwam, schreeuwde Flavie kwaad: "In de plekke van meh joen, an’k nog beter met den duvel getrouwd". "Da kun nie" antwoordde Baziel, "broer en zuster meugen nie trouwen meh mekoar!"

Mooie schuldenaar

Met een triest gezicht zegt Baziel aan de toog tegen Hector: “’k Gon zeker die duust euro dan ‘k geleend ‘enn an Kamiel voe ze plastische chirurgie noois mih werezien. ’t Is nu al twih moanden !” “Woarom vroag je d’er ‘em nie achter?” replikeert Hector. “’k Kunn nie” zucht Baziel “’k Weten ip gin duust parten oe dat ie d’er nu uut siet!!”

Uitweg voor het badwater

Baziel vertelt aan Hector dat Flavie in ’t bad in slaap gevallen was terwijl de warm waterkraan nog openstond. “En ejje veel schade?” vroeg Hector. “Nee’m” replikeert Baziel “M’an chanse dasse med eur moend open lag te sloapen”.

Te stadig

Flavie wordt al wat ouder en ze doet het huiswerk steeds langzamer. Dat irriteert Baziel uitermate en op een dag zegt hij: “Flavie wil je geloven dajje tegenwoordig zoe troage ziet dah zelfs je schaduwe begind oengeduldig te geroaken!”

Talenkennis

Baziel deed mee aan een examen voor een ‘postje’ bij de gemeente. Bij het toetsen van de kennis van geschiedenis werd gevraagd wat de grootste prestatie van de Romeinen was. “Das simpel” replikeerde Baziel “dan ze allemolle goed Latien kosten klappen”.

Administratief regelen

Na een uitgebreid onderzoek zegt de dokter tegen Baziel: “ge hebt verkalkte aders, water in de knieën en stenen in de nieren”. “En wa nu” vraagt Baziel “moen’k ik nu een bouwvergunninge anvroagen?”

Gevaar geweken

Baziel vertelde aan Hector dat er hem iets zeer eigenaardig overkomen was. Gisteren kreeg hij namelijk plots enorm veel zin om te werken! “En wad ejje ton gedoan? wilde Hector weten. “Wel, gelukkig” replikeert Baziel “’k Hemme direct ip me bedde geleid, en ’t is van tselfs overgegoan”.

De moeite niet

Baziel wordt door de politie tegengehouden aan het stuur van een volgeladen bestelwagen. "Uw wagen is duidelijk overladen, meneer. Identiteitskaart, rijbewijs en boordpapieren afgeven!" zei de politieman nors. "Moh meneer den agent” antwoordde Baziel “peiz je gie echt dat dad zukke verschil goh maken?"

Optimisten niet gewenst

Baziel zit in geldnood en Hector vertelt hem dat hij zeker meer geluk zal hebben als hij probeert geld te lenen bij iemand die er welgezind uitziet. “Neen, neen” replikeert Baziel “ik leenn alene moh bie pessimisten. De dee verwachten under geld toch nie were”.

De weg kwijt

Baziel was met de trein naar Brussel getrokken, maar in’t stad was hij zeker al een 10-tal keer verloren gelopen. Grommend stapte hij weer op een voorbijganger af en vroeg “Is dad ier de derde stroate links??”

Enige irritatie

Baziel en Hector waren aan’t discuteren over de kleine onhebbelijkheden van hun respectieve vrouwen. Hector vroeg aan Baziel wat hem aan Flavie het meest irriteerde. “Ja, ‘k moen doar nie lange over peizen” zuchtte Baziel “vooral het feit dasse ’s nuchtens wakker wordt”.

Het juiste land

Baziel doet mee aan een quiz in z’n stamcafé. Op de vraag van de quizmaster waar de Maleiers vandaan komen riep Baziel met veel overtuiging: “van Malaria!”

Liefste familie

Baziel en Flavie maken ruzie over hun familie. Plots zegt Baziel “Dad is nie woar dan’k ik joen familie nie kunn’n uutstoan. ‘k Gon zelfs meer zeggen. Ik ‘k enn joén schohmoeder liever dah mién schohmoeder!”

Klein probleem

Baziel ging een broek kopen. Hij vond ze allemaal te duur, tot de verkoper hem een spotgoedkope broek voorstelde, weliswaar met een gebrek: de rits zat op de achterkant. "Da giv nie", zei Baziel, " On’k moetn plassn droain’k me toch altiet omme”.

’t Is geen leven

Baziel zegt tegen Hector: “’k En altiet oengeluk met de vrouwen. M’n eerste vrouwe emme loaten zitten. En de twidde nie!”

Krachten sparen

Baziel zat al een tijdje bewegingsloos op z’n hometrainer en Hector vraagt “Awel Baziel, moe je gie nie stampen dah?” . “Nin’k” replikeert Baziel “’k Riejn bergof!”

Geluk is vluchtig

Baziel en Hector zijn wat aan het filosoferen. Baziel zegt “Ik en Flavie zien 20 joar perfect gelukkig gewist. En ton zie me mekoar tegengekommn”.

Herdenking van een lang huwelijk

Hector vraagt aan Baziel wat het geheim is dat hij nu al 20 jaar getrouwd is met Flavie. “Wel” explikeert Baziel “Twih keers in de weke uut gon eten in een romantisch restaurant, gedimd licht, kaarsen ip ’t tafel en vioolmuziek ip den achtergroend”. “En da werkt?” vraagt Hector. “Van zen eigens. Flavie goat de diestag, en ik de vriedag!”

Gedenkwaardig

Hector herinnert zich dat Baziel en Flavie ‘s anderendaags 20 jaar getrouwd zijn en hij is nieuwsgierig hoe ze dat gaan vieren. Hij vraagt “Baziel wah gojje doen ojje gieder morgen ipstoat?” “Ah” zegt Baziel “we beginn’n in alle geval met twih minuten stilte”.

Nog sneller bankieren

Hector zit te stoefen over elektronisch bankieren, en zegt dat het de snelste manier is om geld uit je rekening over te zetten. Baziel replikeert “’k Kenn ‘k ik nog een veel rappere maniere! Trouwen!”

Als het niet klikt in de liefde

Hector vertelde aan Baziel dat of het klikt in de liefde afhangt van de chemische samenstelling van de geliefden. “Da kuh kloppen” replikeert Baziel, “’t Is verzekers doavoren da Flavie mien behandelt lik gevoarlik afval!”

Niks aan te doen

Baziel was al geruime tijd werkloos en Hector vraagt hem waarom hij geen andere job zoekt. “’t Giv nie oeveel keers dajje van werk verandert” zucht Baziel “ojje getrouwd ziet ejje toch altiet dezelfste boas!”

Juiste geslacht

Baziels jongsten leert voor het eerst Frans op school en vraagt ’s avonds “Is’t ‘le coeur’ of ‘la coeur’ pa?” Baziel schudt meewarig het hoofd en zegt met veel nadruk “Beh nint, ’t is Li-keur!”

Probleem uitgepraat

“‘k Ken een poar woorden g’het meh Flavie” zegt Baziel, toen hij zeer laat aankwam in z’n stamcafé. “En oe ee ze gereageerd?” vraagt Hector. “Ja” zucht Baziel “Med een poar paragrafen”.

Naar de opera

Baziel komt Hector en z’n vrouw tegen, helemaal opgekleed, en vraagt “Noh woar ejje’t da?” “We goan een stikstj gon eten. En we willen noh ‘La Traviata’” zegt Hector. Baziel denkt even en zegt “Is da die nieuwe Chinees in Knokke?”

Luisterend oor

Baziel werkt tijdelijk bij een dagbladhandel. In alle vroegte kwam er klant binnen die zegt “Ik kom de krant opzeggen”. Baziel kijkt even verwonderd en antwoordt vervolgens “OK, begint er mor an”.

Enkel uit voorzorg

Toen Baziel en Hector op wandel waren begon het plots te regenen. Hector zegt “Baziel, doed een kih je paraplu open”. “Da’s gin avance” replikeert Baziel “ie zit vul meh goaten”. Woarom ej’em ton meegebrocht?” vroeg Hector. “Wel” zucht Baziel “omda’k nie gepeizd ‘an dat gieng regenen!”

Hard geschrokken

Hector vroeg aan Baziel waarom hij dien avond zo weinig dronk. “Wel” replikeert Baziel “’k ‘An gister veel te vele gedroenken, en ‘k en rare gevoaren”. “Wat is er gebeurd” wilde Hector weten. “O’k tuuskwoamen hé, zagen’k Flavie twih keers stoan. En ‘k soen da nie mih willn tegenkomm’n!”

De juiste tijd

Midden in de nacht komen Hector en Baziel in het huis van Baziel aan. Hector wilde weten hoe laat het al was, maar ziet dat er nergens in de kamer een klok of wekker te bespeuren valt. Baziel zegt dat hij iets beters heeft, pakt een hamer en klopt er mee op de muur. Direct roept een stem van de andere kant “’t Is godverdomme viere van de nacht, steenezel”. “Zie je wel” zegt Baziel “Da’s me sprekende klok”.

Weer werkloos

Baziel had eindelijk werk gevonden bij de aannemer die in Knokke het nieuwe zwembad aan ’t bouwen was. Maar een half uur nadat hij vertrokken was, stond hij al weer thuis. Flavie vraagt kwaad “Zie je doar a were?!” “Wa wil je” replikeert Baziel “Ip de poorte stoent er in grote letters ‘Verboden de werf te betreden’”.

De redding is nabij

Baziel en Hector hebben zich in de Travellers in Knokke goed bezopen en trachten weer thuis te raken. Maar ’t was nog wat te vroeg om de eerste trein te nemen. Dus kruipen ze allebei op handen en voeten over de rails richting Heist. Na een tijdje klaagt Hector “’t kom lik gin ende an dien trap hier. En die leuninge is verschrikkelijk koet!” “Wacht” replikeert Baziel “’t god agauwe beteren, van k’horen de lifte komm’n”.

Geen uitzondering

Baziel en Hector zijn op zwier geweest in Knokke en zijn allebei goed dronken. Ze houden in de Lippenslaan een Nederlandse bus tegen. Hector vraagt aan de chauffeur of hij hem in Heist kan afzetten. De kwade buschauffeur blaft Hector toe, dat daar geen sprake van is. Vervolgens neemt Baziel het woord en vraagt “En kujje mien ofsetten?”

Post dienst

Baziel komt bij het loket in de post in Knokke en vraagt “een tember van één euro osteblieft. En zoe je de pries d’er willen vandoen, van ’t is voer een kadootje”.

Geschenk voor Valentijn

Vlak voor 14 februari vertelt Baziel aan Hector dat Flavie een droom gehad heeft waarin ze een dure gouden halssnoer met diamanten kreeg voor haar Valentijn. “En ejje al etwa gekocht voer eur?” vroeg Hector. “Joak wih” replikeert Baziel “In de solden, een boek met de titel ‘Dromen zijn bedrog’”.

Spannend boek

Baziel komt in z’n stamcafé binnen met een boek onder de arm. Hector vraagt direct “wad ejje mee da?”. “Juuste gekocht: ‘De Geschiedenis van België’” replikeert Baziel terwijl hij zich neerzet en het boek direct langs achter openslaat. “Woarom begin je gie ip de laste bladziede te lezen, da Baziel?” vraagt Hector verwonderd. “Ewel” zegt Baziel “’k soen willn weten oe dat oflopt”.

Geen gevoel voor humor

Baziel trekt met een stuk in z’n kraag naar ’t kerkhof en zit luidop te janken op het graf van Flavie, die pas is overleden. Plots lispelt hij “Flavie, ajje werekomt sstoppen’k direct met drienken!” Op dat moment is er een mol net naast het graf bezig met een hoopje grond naar boven te stoten. Baziel springt recht, stampt het molshoopje helemaal plat en roept “Flavie, kujje tegen gin graptje nie mih da?

Haast is nodig

Flavie lag op sterven. De pastoor was langs geweest en had een kaarsje in haar handen gestopt. Toen hij weg was zei Baziel: “Flavie, ojje wilt doadgoan, zoe je d’er beter een gedacht van moaken, anders gojje nog jen ‘anden verbranden’.

Helpende hand

De dokter die Flavie behandelde vroeg voor hij wegreed of Baziel even wilde kijken of z’n knipperlichten achteraan werkten. Baziel keek en riep “Joas, nins, joas, nins, joas, nins…”

Niet gevaarlijk

Baziel ging bij Jopie in Sluis een pint drinken en raakt aan de praat met een Nederlander. Baziel vertelt over de eigendommen van burgemeester Lippens in Knokke. De Nederlander die niet wil onderdoen zegt “Bij ons heeft de burgemeester een dikke ketting om de hals”. “Bie ons nie” replikeert Baziel “Bie ons lopt ie geweune los”.

Mysterie opgelost

Hector vertelt tegen Baziel dat hij thuis nooit ruzie maakt met z’n vrouw als de kinderen het kunnen horen. “Dohmee” zegt Baziel “’k vroegen me’n al lang of woarom dan joen kienders altiet langs ’t stroate lopen!”

Wat gedaan?

Baziel staat terecht wegens diefstal en de rechter berispt hem meteen ook over het feit, dat het niet betaamt om in de rechtszaal met de handen in de zakken te staan. “Jamoh” replikeert Baziel “wa moe’k ton meh m’n anden doen? ‘k Meugn ze nie in andermans zakken steken, en nu ook al nie mih in m’n eigen zakken!”

Weinig woorden nodig

’t Was al zeer laat toen Baziel aanstalten maakte om naar huis te gaan. Hector vroeg: “Wa seg je ton tegen Flavie ojje zoe loate tuuskomt?” “Geweune ‘goejenoavent’” replikeert Baziel “en ton zeg ze zie de reste”.

Een geluk bij een ongeluk

Baziel vertelt tegen Hector dat iemand de kredietkaart van Flavie gestolen heeft. Hector vroeg direct of hij de diefstal al gaan aangeven is bij de politie. “Nink” replikeert Baziel “van dien dief giv minder uut dan Flavie”.

Zeker is zeker

Baziel arriveert weer later dan gewoonlijk in z’n stamcafé. Dat duurt nu al weken en Hector wil er het fijne van weten. “Wel” zegt Baziel “Flavie zit al 2 moanden in d’ Alpen. En ‘k schrieven iederen dag een brief nor eur”. “Iederen dag! Da’s toch nie nodig” zegt Hector. “Toewt” weerlegt Baziel “Flavie ee gezeit osse nie regelmoatig van mien oort dasse direct werekomt!”

Niet kleinzerig

Baziel en Flavie komen bij de tandarts. Baziel vraagt of de man vlug een tand kan trekken want dat hij weinig tijd heeft. Een spuitje om te verdoven is allemaal niet nodig drukte Baziel de tandarts op het hart. “Niemand kan zeggen dat je kleinzerig bent” antwoordt de tandarts vol bewondering “maar zeg een keer over welke tand gaat het?” “Allez” zegt Baziel “toog een kih je tant, Flavie”.

Het hoofd koel houden

Baziel passeert bij het Schipdonkkanaal en hoort een man die in het water ligt roepen “Help ik kan niet zwemmen. Ik kan niet zwemmen!” Baziel loopt tot aan de kant van het kanaal en roept naar de man “’k Kan’k ik ook nie swemmen! Moh ‘k moaken ‘k ik doh zo gin spil van wih!”

Teveel is teveel

Baziel kocht bij de bakker een grote taart en vroeg om het gebak in stukken te snijden. "In vier stukken of in acht?" vroeg de bakker. “Snied ‘em mor in vieren” replikeerde Baziel “acht stikken zoen’k noois nie binn’n kriegen”.

Eerst goed kijken

Baziel was de dakgoot aan het schilderen en kwam telkens naar beneden om z’n borstel in de verfpot te dopen, die op de grond stond. Na een poosje vraagt Hector waarom Baziel de verfpot niet mee naar boven neemt. “Jeh gie dat zeker nie gezien” replikeert Baziel “ip de verfpot stoat er wèl duudelik ‘grondverf’ hé!”

Geen last van

Tijdens het onderzoek vroeg de dokter aan Baziel: “Heb je soms last van een droge keel?” “Nink wih” replikeert Baziel “’k loaten’t noois zoe verre kommn”.

Te lang in de zon

Baziel was met Flavie naar ’t strand geweest en zegt ’s avonds in ’t café tegen Hector: “’t Is stille in uus. Flavie ed te lange in de zunne gelegen”. “Ah” vraagt Hector “Esse een zunneslag misschien?” “Joa’s” replikeert Baziel “Ip eur toenge!”

Verkeerd ingeschat

De rechter vroeg kwaad aan Baziel waarom hij een fiets gestolen had, en dan nog wel bij het kerkhof. "Wel edelverachtbaren" replikeert Baziel "'k Peizdigen dat den eigenoare 'em nie mih noadig at!"

Meevaller

Baziel komt z’n stamcafé binnen en zwaait welgezind met een papier in de richting van Hector, die aan de toog z’n pint aan het slurpen is. Hij roept “Hector. ‘k Moetn men otto nie mih verder ofbetoalen!!” “Oewe” replikeert Hector “En ‘k peizdegen dajje ten achteren woart mejjen ofbetoalingen?” “Joak” zegt Baziel “moh ‘k en ier nu een aangetekende brief g’het en d’er stoat ip ‘allerlaatste aanmaning’!”

Voor volwassenen?

Baziel vraagt bij de Apotheek een middel tegen wormen. De Apotheker trekt een schuif open en zegt “Voor volwassenen?” Baziel zucht en replikeert “Mmm, ‘k en echt gin gedacht oe oet dat die worm is wih”.

Pillen pakken

Baziel ging met een grote doos pillen onder de arm naar Hector om te vertellen over de vermageringskuur die de dokter hem had voorgeschreven. Hector vroeg: "Woarom sleep je heel die doze mee? Je kuh toch ook een pilletje in je zak steken en inpakken ot tied is?" "'k Moen'k ik die pillen nie inpakken wih" replikeerde Baziel. "'k Moen z'iedere dag uutschudden ip de groent en z'een voer een were iproapen".

Probleem opgelost

Baziel zit met Hector aan de toog en vraagt: "Ejje gie soms gin carnavalkleren dan'k soen kunn'n lenen?" "Nink" antwoordt Hector "Ik sien nie an Carnaval. Woarom trek je gin oede kleren an van Flavie?" "Da's nog een gedacht" zegt Baziel "Wuuvekleren! Mo, meugn 'k ik ton joen muulle gebruuken?"

In 't Circus

Een jonge vrouw schrijdt naar de piste, haalt langzaam een mooie borst te voorschijn en steekt die in de openstaande muil van een leeuw. Daverend applaus, en de circus directeur roept door de micro "is er iemand uit het publiek die dat ook durft?" "Ikke direct sih" roept Baziel terug "moh wil je eerst die leeuw wegdoen?"

Zonde van de Whisky

Baziel komt maandagavond doodgelukkig van de roking in de Ferry Bank. Hij heeft eindelijk eens prijs gesmoord: een schitterende fles echte Maleisische Whisky. Fier gelijk een pauw steekt hij de fles in z'n binnenzak en trekt naar huis in ’t gezelschap van Hector. Ter hoogte van 't Museum strompelt hij echter over een uitstekende tegel, en als Baziel weer overeind krabbelt, voelt hij iets langs z'n been lopen. “Oei” zegt hij tegen Hector “’t is ’t open dat ’t bloed is”.

Voor het geval dat

Baziel begon met levensverzekeringen te verkopen bij 50 plussers. Na een paar dagen was men bij de maatschappij zeer verwonderd over z'n resultaten. Een inspecteur werd meegestuurd om te zien hoe het kwam dat Baziel zo veel polissen afsloot. "Al is't dajje d'er nie te goed uutsiet, kunn 'k wel begriepen dajje nog nie direct wilt tekenen" zegt Baziel aan een dikke 50-er die hij een verzekering wil aansmeren. "Wit je wa, slapt er nog een kir over. En mocht je morgen aglik wakker wordn, giv me ton een belletje".

Voorkeur voor kleur?

Baziel, die sedert kort voor een tuinier in het Zoute werkt, arriveert 's avonds veel later dan gewoonlijk in z'n stamcafé. Hij ziet er niet te best gemutst uit. "Overgewerkt, misschien?" vraagt Hector. "Zwieg" zegt Baziel "’k Enn moeten herbeginnen an die gazon da'k an’t leggen woaren". "En hoe kwamt da?" wilde Hector weten. "Gin idee" antwoordt Baziel "’k Mosten van de boas die bruune plaggen ommedroaien, toet da z’allemolle met de groene kant noh boven lagen!”

Brute pech

Baziel en Hector zijn uitgeweest in Knokke maar zijn veel te laat voor de laatste tram. Baziel besluit om te gaan kijken of er in de stelplaats soms een bus is die ze kunnen ‘lenen’ om thuis te raken. Na goed rond kijken vinden ze een bus van De Lijn waar de sleutels nog opzitten. “Spietig” zucht Baziel. “Woarom spietig?” vraagt Hector verwonderd. “Ewel. Me kunn die bus nie gebruuken. ’t Is een nummer 7, en den deen passeert nie an ’t onzent!”

Romantisch drama

Baziel en Flavie zitten in de Beverly Screens in Knokke en er speelt een romantische film. “Zoenz’ ip ’t ende meh mekoar trouwen, peiz je?” fluisterde Flavie. “Nateurlik” replikeerde Baziel “Zukke films, da lopt noois nie goed of!”

De snelste manier

Op de Cavaliaparking in Knokke wordt Baziel tegengehouden door een man die vraagt: “Hoe kan ik het snelst bij het strand raken”. “Wel” replikeert baziel “zie je te voete of met den otto?” “Met de wagen”, zegt het heertje. “Ewel” antwoordt Baziel “Dat is seker de rapste maniere”.

Blijven zitten

“Dat is nu al de zevende keer in drie jaar tijd dat je voor mij verschijnt in dezelfde rechtzaal! Wat heb je daarop te zeggen?” vraagt een kwade rechter aan Baziel. “Wel, edelverachtbaren” replikeert Baziel “’k Vienn dajje mien nie moe blameren omdaje in al die tiet nog gin promotie gemakt ‘ed, hé”.

Geboren in de badstad

De rechter vraagt aan Baziel waar hij geboren is. “In Knokke-Heist” antwoordt Baziel. “Welk gedeelte?” wilde de rechter nog weten. “Helegans mijnheer de edelverachtbaren” replikeert Baziel “Allene me tann’n komm’n uut Brugge”.

Zoveel bloemen om uit te kiezen

Baziel en Flavie doen mee aan het kwisprogramma “Niet de slimste mens”. De kwismaster probeert te achterhalen hoe goed de echtelingen mekaar kennen. Aan Baziel vraag hij “Wat is Flavies favoriete bloem?” Na even goed nadenken weet Baziel het plots en roept met veel overtuiging “Zelfrijzende!”

Beslist onschuldig

De rechter zegt kwaad tegen Baziel “Hoe kun je nu je onschuld staande houden als vijf personen je zien stelen hebben”. “Ja moh edelverachtbaren” replikeert Baziel “Da wil niet seggen! Ik kunn’k ik zeker duust menschen vienden die me nie zien stelen ‘enn!”.

Zeevruchten

De politie houdt Baziel tegen met 4 kreeften die hij gestroopt had. De agent vraagt: “Heb je een licentie om kreeften te vangen, Baziel”. “Vangen?” replikeert Baziel “Da sien me troeteldieren. Iederen avond komme’k ier noh ‘t strange voe ze uut te loaten. As ze een bitje roentgezwommen ‘enn, ton schuufellek en ton gomme te goare were nor uus!” De agent zegt: “Baziel, je staat hier zeker te liegen!”. Verontwaardigd antwoordt Baziel “Beh nink, kiek moh”, waarop hij z’n kreeften in zee loslaat. Na een poosje vraagt de politieman: “En wanneer ga je ze nu terugfluiten?” “Terugfluiten?” vraagt Baziel. “Ewel, ja, je kreeften” zegt de agent. Baziel kijkt heel verwonderd en zegt: “Wekke kriften?”

Niet voor iedereen

Baziel reed met zijn fiets midden op de baan. Twee ‘zwaantjes’ hielden hem tegen en vroegen: “Weet ge niet waar het fietspad is?” “Beh joak” antwoordt Baziel “Doar an de kant van de boane. Moh kweten nie of da je gieder doah god ip meugen meh junder zwoare motto’s!”

Een prettige avond in ’t verschiet

Een tweede verblijver was zo tevreden met het schilderwerk van Baziel dat hij hem 300 euro extra gaf en zei: "Da’s om vanavond met de vrouw op restaurant te eten en naar het casino te gaan". Later diezelfde avond wordt er gebeld. De tweede verblijver ziet Baziel voor de deur staan en zegt: "Ben je iets vergeten misschien?" "Beh nin'k" antwoordt Baziel "'k Sien't nie vergeten. Is je vrouwe kloar voe mee te goan?"

Vroeg aan de slag

Nog voor dag en dauw komt Hector Baziel tegen en zegt: “Je zie gie noois zoe vroeg ip. Noh wor ejjet da?” “Noh ’t werk” replikeert Baziel “’k Moen d’er vroeg sien, va me gon stoaken!”

Dringend nieuwe auto nodig

“’k Peizen van een nieuwen otto te kopen” zegt Baziel. “Moh”, replikeert Hector “Je’n oeden otto riedt toch nog goet”. “Joa’j” bevestigt Baziel “Moh, ‘k kunn d’ofbetoalingen nie mir an!”

Net als thuis

Baziel begint aan z’n eerste dag als interim in een kantoor. Hij krijgt een plaatsje onder een groot venster. De chef zegt “ge zit onder het enige venster dat voor de verluchting zorgt Baziel, vandaar dat het ook meestal openstaat”. “Da giv nie wih” replikeert Baziel “’k Slapen tuus ook altiet met ’t fenster open”.

Beste resultaat via de mond

Baziel is een tijdje ruitenwasser. Aan een dame waar hij aan de slag was vroeg hij een beetje alcohol om de ruiten helemaal mooi schoon te krijgen. Even later zag de dame echter dat Baziel het glaasje alcohol aan het uitdrinken was, en ze vroeg direct waarom. “Wel, madame”, antwoordde Baziel “eerst drienken van dien alkool en ton oassem’k ip de ruutte!’

Blij humeur

Baziel arriveert later dan gewoonlijk in z’n stamcafé en Hector vraagt direct: “Woar ejje wel gezeten da?”. “Wel” zegt Baziel opgewekt: “’k Sien meh Flavie toet bie me zuster gewist. En ted eur ferm deugd gedoan”. “Oe bedoel je" vroeg Hector. “Omme toekwamen was me zuster heel slicht gezind. Moh tegen damme weggiengen was ze vree content!”

Antwoord op alle vragen

Door een administratieve fout werd Baziel aangesteld als gids in Knokke-Heist. Z’n eerste opdracht bestond erin om een groep te begeleiden in de Margaretakerk. Bij het oude orgel gekomen vertelde Baziel dat het zeker al meer dan tien jaar oud was. Een jongetje dat bij de groep was vroeg plots aan Baziel waarom er zwarte én witte toetsen op het orgelklavier waren. Na heel even nadenken antwoordde Baziel met veel overtuiging: “Die witte toetsen worden gespeeld bie een trouw. Die zwarte zien voe begroavingen”.

Andere horizonten

Hector komt Baziel tegen in een café waar hij anders nooit komt. Hector vraagt verwonderd “Oe kom’et dajje nie in je geweune stamcafé zit te drienken?” “Ewel” replikeert Baziel “’k Sien meh vakantie”.

Geen zin meer

Baziel strompelt naar huis na een avondje in de kroeg. Op dat moment rijdt een brandweerwagen voorbij met loeiende sirene en flitsende zwaailichten. Baziel zet onmiddellijk de achtervolging in. Na twee straten lopen is hij echter pompaf. Hij leunt hijgend tegen de gevel van een huis en roept de brandweerwagen achterna “Ok, ok!! ‘k Willn a ginne mih. Oed junder ieskreimtjes moh.”

Eerste klasse textiel

Baziel werkte tijdelijk in de Stock Americain. Een klant wilde weten of dat de zaak ook goede camouflagepakken verkocht. “Joa’m” bevestigde Baziel, “Moh, me kunn ze momenteel nie fienden!”

Probleem met de scheiding

Omdat ze naar de trouw van haar zus moesten gaf Flavie geld aan Baziel om naar de kapper te gaan. Baziel trok echter naar het café en dronk Duvels in de plaats. Toen hij weer thuiskwam begon Flavie te schelden. “‘k Sien gewist, wih” verklaarde Baziel “Moh ‘k sien were weggegoan. Die coiffeur kost m’n oar niet doen lik of da’k wildege, met een scheedienge in ’t midden”. “En woarom gienk ta nie?” wilde Flavie weten. “Wel” explikeerde Baziel “die scheedienge in’t midden gieng nie, omdan’k ik volgens die coiffeur een oeneven aantal oaren ‘enn !”

Vakantie geregeld

“Wit j’al woar dajje gieder van de zomer noh toe goat?” vroeg Hector.“ ’t Is al aal geregeld” explikeert Baziel “Flavie zit van de zomer ip eur balkón, en ik zitten in de Balkàn”.

Zelfopoffering

Op het onverwachts steekt Flavie binnen in het stamcafé van Baziel. Ze loopt naar de toog en neemt een slok van Baziels pint. Ze trekt direct een vies gezicht en zegt: “Zukke vuuligheid! Oe krieg je’t binnen Baziel?!” “Ewel" antwoordt Baziel, "ge ziet nu zelve hé, da’k ik ier nie voe me plezier zitten hé”

Vakantie in de zon

Baziel zegt tegen Hektor "’k gon ip reize noh de Sahara". Hector waarschuwt echter "Pas mor ip voer een zunneslag, want ’t is doar fiftig groaden in de schoaduwe". “Ja moh” replikeert Baziel “wien zegt er dan’k ik in de schoaduwe gon lopen?”

Eindelijk rust

Flavie was een tijdje geleden bevallen van een drieling en nu ze begonnen te lopen beklaagde Baziel zich bij Hector over het feit dat hij thuis nooit meer rust vond. "Woarom kop je gin perk?" suggereerde Hector. Een week later zien ze mekaar terug en Baziel roept al van ver: "'t Is gelukt wih. D'er is gin enen van die klene pagadders die me nog lastigvalt binst dan'k in me perk zitten".

Goedkoop naar de voorstelling

Baziel ging naar een optreden in de schouwburg van Scharpoord. Aan het loket vroeg hij "een aalf ticket". "Waarom een half?", vroeg de kassierster. “Ewel”, replikeert Baziel "Omda ‘k doof zien an één kant”.

Van geluk gesproken

Baziel heeft z'n nieuwe wagen in de prak gereden en is in z'n stamcafé z'n verdriet aan het verdrinken. Beu van thuis te wachten stapt Flavie het café binnen en ziet Baziel in alle staten. "Ewel" roept ze. "Ejje goe nieuws g'et misschien, dajje ier 's nuchtens te vuuven nog zit te vieren?!" "Joa'k" hikt Baziel "Die airbags hé, in den nieuwen otto hé, ewel ze werken prima!"

Broederliefde

Bij Baziel valt een briefkaart in de bus. Hij zwaait ermee naar Hector en zegt “’t Is van me broere!”. “Ja moh” replikeert Hector “Oe wit je gie da, d’er stoh niks ip geschreven!” “Ewel juuste doarom”, zegt Baziel. “Me spreken wieder al joaren nie tegen mekoar!”

Nodige voorzorg genomen

Baziel vindt tijdens de solden een handtas met een identiteitskaart en 50 euro. De dame in kwestie is dolgelukkig als Baziel komt aanbellen met haar verloren tas. Toen ze de tas openmaakte zei ze echter zeer verbaasd.: "Da's raar, toen ik m'n tas verloor zat er een briefje van 500 euro in, en nu zitten er 5 briefjes van 100 euro in." "Da klopt" zegt Baziel "De vorige kih dan'k een sacoche voenden zeit de madame da se gin kleengeld at voer een belonienge!"

Relativiteitstheorie

Baziel ligt in het hospitaal na een zware operatie. Hij komt heel even bij kennis en mompelt tegen Flavie: "Je ziet er ut lik een fielmsterre, schatje". Nadien valt Baziel opnieuw in slaap. Flavie, die zeer geflateerd is blijft wachten aan de rand van z'n bed. Later wordt Baziel opnieuw wakker en hij zucht" Je ziet er ut lik dajje nie gesloapen et" "Uila, Baziel", zegt Flavie "Woarom zien'k der ineens nie mir ut lik een fielmsterre, da?!" "Eu" zegt Baziel "omda m'n verdovienge biekan uutgewerkt is".

Mooi schoon

Vanuit de keuken ziet Flavie hoe Baziel in de living met z'n gezicht boven de wieg hangt waarin hun jongste telg rustig ligt te slapen. Blij met de plotse interesse van vader Baziel zegt Flavie na een paar minuten: "t Is wel een schonen hé?" "Joa't" antwoordt Baziel "Mo "k begriepen nog altiet mo nie oe danze zukke schone wiege kunn'n moaken voe moh 15 euro".

Voor alle zekerheid

Ook toen Baziel nog niet getrouwd was was hij reeds goed bevriend met Hector, die wel reeds een trouwboek had. Op een zaterdagavond komt Baziel in 't dorp Hector tegen. Hector bekijkt Baziel en zegt: "Woarom ejje gie een taslampe mee voe ut te goan?" "Ewel" antwoordt Baziel "'k Gon 'k ik ip soek achter een lief!" "'t Seida!" zegt Hector "Mor in mien tiet an'k ik do gin taslampe voren nodig wih!" "'k Weten't" replikeert Baziel "Mo kiekt een keer woamee dajje noh je kot gekommen ziet!"

Laat te wensen over

Baziel zit te vissen in de Blinker. Er komt een Antwerpenaar met een hond langs en vraagt of hij een beetje mag kijken. "Gin probleem" zegt Baziel Ondertussen gooit de Antwerpenaar een stok in het water. De hond loopt tip top over het water en brengt de stok terug. De Antwerpenaar doet dit wel een dozijn keer in de hoop dat Baziel onder de indruk zal zijn. Plots draait Baziel zich om en zegt: "Ook nie te slim é joen oent! Je kuh zelfs nog nie swemmen".

Even geduld

Schuins achter het huis van Baziel werd een nieuwe woning gebouwd. Flavie beklaagt zich over het feit dat de nieuwe buren geen rolstoors hebben en vanuit de keuken in haar badkamer kunnen kijken. "Ge moet doar nie mee inzitten" zegt Baziel "on de gebeurs jen ene kih gon in 't bat zien goan 'enn gon ze wel zere gordienen kopen".

Slecht gezind

't Is bijna 5 uur in de morgen en Hector vraagt aan Baziel, "Woarom go'je nie nor uus??" "Wel" antwoordt Baziel "NU nog nie wih,want Flavie is weer in eur slicht umeur" "Ja" zegt Hector "en woarom is ze zie in een slicht umeur?" "Gin speciale reden, geweune omda'k te loate tuuskommen."

Onverwachte familie

Baziel ondergaat onverwacht een hoogdringende hartoperatie in Ter Linden. Als hij weer tot het bewustzijn komt zit er een nonnetje naast z'n bed en ze verzekert Baziel dat de operatie prima geslaagd is. "Toch zou 'k moeten weten" zegt het nonnetje "hoe dat je voor die operatie zult betalen? Ben je verzekerd?" "Nink wih masoeur" antwoordt Baziel "Heb je iets gespaard?" "Nink, in 't café vergeten 'k altid van in die spoarkasse etwad in te steken" zegt Baziel. "Heb je familie, die misschien kan helpen?" wilde de zuster nog weten. "'k 'En allene mo een ongetrouwde zuster die nunnetje is in Antwerpen" antwoordt Baziel. "Nonnetjes zijn niet ONgetrouwd, Baziel" vermaant de zuster "Ze zijn de bruid van Christus!" "Ewel" zegt Baziel, "Ost voe joen ’t selfst is, zend de facteure ton mor no me schoonbroere"

Liever al slapend

Baziel en Hector filosoferen over de dood en Baziel zegt: “Ik soen willn doodgoan lik me grootvoader; imme sloape. En zeker nie al roepen en tieren lik de mensen in zien otto!”

Herkenning

De zoon van Baziel zegt dat hij gaat trouwen. 's Anderendaags brengt hij z'n aanstaande mee naar huis, samen met twee van haar vriendinnen. Hij vraagt "Wie van de drie is't peiz je?" Baziel zegt "Die roste in't midden" De zoon verschiet en zegt: "Oe kujje da zo goet roa'n?" "Wel" antwoordt Baziel "Ze stoh me nie an, ze trekt tevele ip je moeder!"

Kado was niet ingepakt

“Ejje een nieuwe broek, da?” vraagt Hector als Baziel hun stamcafé binnenstapt. “Joa’k” replikeert Baziel “een kado van Flavie”. “En voe wiensten ‘eiligen was, da?” wilde Hector weten. “Azzoh moh”, een surprise” verklaart Baziel “On’k gister een bitje vroeger dan anders tuuskwamen, ‘angdeg die schone nieuwe broek ip een stoel in de slapkoamer!”

De twijfel groeit

Baziel en Hector worden ingedeeld bij de parachutisten. Als ze voor den eerste keer moeten springen vraagt Baziel aan den instructeur: "Is da niet gevaarlijk?" "Maar neen toch" verzekert de man "Ge hebt twee parachutes. Mocht den eersten het niet doen, dan heb je nog altijd een reservevalscherm." "En hoe geraken we dan terug in de kazerne?" wilde Baziel nog weten. "Ge zult opgewacht worden door een jeep" antwoordt de instructeur. Op 3.000 m springen Baziel en Hector samen uit het vliegtuig. Na 10 tellen trekken ze aan het touwtje, maar er gebeurt niks. Vervolgens proberen ze het tweede touwtje, maar ook de reserveparachute weigert dienst. "Wil je geloven" roept Hector naar Baziel "As 't azo voor't gaat hé, gaat die jeep ook nie klaar stoan" "Ja" antwoordt Baziel "Me gon nog meugen te voete noh 't kazerne tjaffelen".

Niet erg vreedzaam

In de Ferrybank in Heist stond een oudstrijder te ‘boffen’ over z’n familie. "Mijn betovergrootvader heeft tegen den Hollander gevochten in 1830, en mijn overgrootvader tegen de Fransman in 1870 en mijn grootvader tegen de negers in Congo, en mijn vader tegen den Duits in 14-18, en ikzelve tegen Hitler in 40 en mien zeune tegen de communisten in Korea." “’k Oren ’t al” onderbreekt Baziel “Je zie gie van een familie die meh niemand overeenkomt!”

Het heeft geen zin

Baziel was bijzonder triest omdat z’n hond al een paar dagen spoorloos was. “Woarom zet je gin annoce in de Tam Tam?” suggereerde Hector. “Da’s gin avance” antwoordde Baziel “de beeste kost nie lezen”.

Niet meer goed

De cafébaas kijkt naar de lei met erop de namen van z'n slechte betalers en zegt tegen Baziel: "Wit je dan d'er ier nog 5 Duvels stoan van verleden joare?" "Och" antwoordt Baziel "Smiet se moh weg, ze zien zeker al verschollen".